Samen de berg afdonderen
virtuoos en cross-over, een rollercoaster!

Interview Machiel Coehorst

Vrijdag 25 februari spelen saxofonist Johan van der Linden en pianist Henry Kelder (duo Lind’n Kelder) stukken van hun spectaculaire album ZBOP!. ‘Het wordt virtuoos en cross-over, een rollercoaster. Je stapt erin en we donderen samen de berg af.’ In het Beauforthuis natuurlijk!

Het optreden van Lind’n Kelder is het tweede concert in het kader van Intieme Concerten, een platform voor musici en muziekliefhebbers opgericht door flamencogitarist Jeff Heijne. Het Beauforthuis sprak met Johan van der Linden, saxofonist bij het Nederlands blazersensemble en mede-oprichter van het Aurelia saxofoonkwartet.

Wat vind je van het initiatief van Jeff Heijne?

‘Dit is een mooi project. Het leren van het ambacht doe je alleen, zo weet ik als docent op het conservatorium, maar muziek maken doe je met elkaar. Dat kan in een duo zijn, maar ook in een groot ensemble. Daarom is het belangrijk om tijdens je opleiding veel te netwerken. Je leven later bestaat uit samenspelen met anderen. Muziek maken is meer dan alleen je eigen ding spelen.’

Jullie spelen vooral muziek die door anderen is gecomponeerd. Hoe is dat zo ontstaan?

‘Het repertoire voor saxofoon en piano is gigantisch, zelfs groter dan voor fluit en piano. Een aantal stukken komt steeds weer langs en ons leek het leuk om andere componisten te vragen iets te maken. Tien jaar geleden hebben we een concours uitgeschreven voor componisten in het kader van een overleden componist en vriend van ons: Henk Alkema. Hij componeerde vanuit een cross-over stijl, vanuit een harmonisch besef en niet vanuit een twaalftoonstechniek. En altijd met een knipoog naar de jazz. Uit dat concours zijn vijftig stukken ontstaan vanuit de hele wereld. Opeens hadden we  een heel pak muziek met mooie stukken. Daar hebben we een repertoire uit opgebouwd. Wel met een eigen signatuur van ons.’

Cross-over is belangrijk voor jullie?

‘In de multiculturele samenleving waarin we leven is het bijna onontkoombaar dat je in muziek ook dwarsverbanden gaat leggen. Ik zou wel van de hokjesgeest af willen. Als musicus kun je beter universeel zijn. Beheers je instrument met open vizier, zou ik toekomstige muzikanten dan ook willen aanraden. Open je deuren. Een barokspecialist die My Funny Valentine speelt, daar ben ik benieuwd naar.’

Wat maakt jullie tot een goed duo?

‘We spelen al jaren samen. We zijn collega’s en vrienden, en twee handen op één buik. Ik was mijn hele leven al op zoek naar een pianist toen ik over hem struikelde. We spreken dezelfde taal. De ritmiek, de kleur, het volume, de speelstijl: het past allemaal bij elkaar. Henry Kelder is behalve pianist en dirigent ook componist. Voor mij heeft hij twee waanzinnige saxofoonconcerten geschreven. En hij schreef ons album ZBOP! waarmee we het concert in het Beauforthuis openen. Dat is een spectaculair stuk. Virtuoos, cross-over, een rollercoaster. Je stapt erin en we donderen samen de berg af. Eigenlijk is het een beetje een onmogelijke compositie, er zijn maar weinig mensen die het aandurven om het te spelen.’

Kun je nog iets meer vertellen over het optreden van vrijdag?

‘We denderen binnen met ZBOP!, maar geleidelijk krijgt het programma meer vorm en gaan we ook iets vertellen over de composities. Snelle en langzame stukken wisselen elkaar af. Het concert wordt intiem omdat we niet alle stukken achter elkaar spelen, maar tussendoor ook verhalen vertellen. Hoe is een compositie ontstaan? Bij het optreden is ook de componist aanwezig van Boiled Potato, Lionel Ziblat. Dat is een zeer virtuoos werk van drie minuten. Wat het precies te maken heeft met Boiled Potato? Dat gaan we hem vrijdag vragen. Misschien spelen we het nummer twee keer. Na de eerste keer vertellen we er dan iets over zodat je het de tweede keer anders gaat beluisteren. Bij het werk Wings zit ook een leuk verhaal. De Estlandse componist liep zijn tuin in en zag in het tuinhuisje een vogeltje vastzitten. Hij pakte het vogeltje en gaf het terug aan de lucht. Dat heeft hij prachtig verklankt in Wings. We willen allemaal wel vrij vliegen. Via onze contacten hebben we dus niet alleen noten op de deurmat ontvangen, maar ook de achtergrond bij de stukken.’

Machiel Coehorst